Zelfvertrouwen en weerbaarheid bij kinderen

Sommige kinderen zijn onzeker over wat anderen van hen vinden of wat ze zelf denken te kunnen of te zijn. Door die onzekerheid kijken ze kritisch naar zichzelf. Het kan dan voorkomen dat een kind alleen nog maar kijkt naar wat het niet is of niet kan en dat het niet lukt om zijn of haar positieve eigenschappen te zien. Een kind richt zich dan alleen nog maar op dingen die het in eigen ogen fout doet in plaats van de dingen die goed gaan. Als dat de overhand krijgt, kan er sprake zijn van een negatief zelfbeeld. Een negatief zelfbeeld beïnvloedt het leven van een kind en kan ervoor zorgen dat het minder plezier in het leven heeft.

• Stimuleer het kind om gevoelens uit te spreken en luister goed.
• Een kind kan zelf heel veel. Laat zien dat je daar vertrouwen in hebt.
• Moedig het kind aan om zelf oplossingen te vinden.
• Leg uit dat het kind eigen grenzen kan stellen en dat het goed is dat het zich daar zelf ook aan houdt.
• Doe af en toe iets nieuws samen. Moedig het aan om mee te doen en geef complimentjes als het goed gaat.
• Je kunt een kind voorbereiden op nieuwe dingen, uitleggen wat er gaat gebeuren en het op zijn gemak stellen.
• Je kunt een kind prijzen als het contact probeert te maken met andere kinderen.

Kinderen die gepest worden zijn vaak verlegen of juist aanvallend naar andere kinderen. Dat heeft te maken met hun onzekerheid. Ze weten niet zo goed hoe ze op een leuke of makkelijke manier contact kunnen maken. Hoe kun je een kind dan helpen?

• Geef het goede voorbeeld in hoe je contact maakt met anderen. Ook op social media. Bijvoorbeeld door belangstelling te tonen voor anderen en vragen te stellen. Geef ook het goede voorbeeld in hoe je reageert op anderen. Zeg het duidelijk als je iets niet leuk vindt, maar beheers je woede.
• Help het kind zich bewust te worden van zijn eigen gedrag. Vraag bijvoorbeeld hoe het kind meestal reageert op een pester. Vraag dan hoe dat anders zou kunnen. Bijvoorbeeld er wél iets van zeggen of juist niet reageren. Je kunt ook samen het nieuwe gedrag oefenen. Zo leert het kind dat het zelf ook iets kan doen aan het pesten.